EX/II-voertuigen
De voertuigen moeten zodanig zijn ontworpen, geconstrueerd en uitgerust dat de explosieven zijn beschermd tegen gevaren van buitenaf en het weer.
Zij moeten gesloten zijn of met een dekzeil uitgerust zijn.
Het dekzeil moet bestand zijn tegen scheuren en moet zijn vervaardigd van waterdicht en moeilijk brandbaar* materiaal.
Het moet op zodanige wijze zijn gespannen dat de laadruimte aan alle zijden is afgedekt.
Alle openingen in het laadcompartiment van gesloten voertuigen moeten vergrendelbare, nauwsluitende deuren of panelen hebben.
De bestuurderscabine moet van het laadcompartiment gescheiden zijn door middel van een ononderbroken wand.
* Aan dit voorschrift inzake brandbaarheid wordt geacht te zijn voldaan, indien in overeenstemming met de procedure zoals omschreven in ISO-norm 3795:1989 “Wegvoertuigen, trekkende voertuigen en machines voor land- en bosbouw - Bepaling van het brandgedrag van interieurmaterialen”, bij monsters van het dekzeil de voortschrijding van een brand een waarde van 100 mm/min niet te boven gaat.